immuniteit

Natuurlijke immuniteit
Natuurlijke immuniteit betekend dat je de antistoffen voor bepaalde ziekteverwekkers krijgt door de die ziekte al een keer gehad te hebben. Als je de ziekte al een keer hebt gehad, dan maakt je lichaam zelf die antistoffen. Zodat als je er nog een keer besmet mee word dat je immuun daarvoor bent, omdat je lichaam meteen de antistoffen kan aanmaken.

Kunstmatige immuniteit
Tegen bepaalde ziektes wordt je al ingeënt op een jonge leeftijd, dit noem je kunstmatige immuniteit. De inenting word ook wel een vaccinatie genoemd, omdat als je word ingeënt dan word er een vaccin in je lichaam gespoten. In dat vaccin zitten dode of verzwakte ziekteverwekkers. Zodat je lichaam er de goede antistoffen voor kan maken en dat je immuun word voor die ziekte.

Passieve immuniteit
Als je giftige antigenen in je bloed krijgt door bijvoorbeeld gebeten te worden door een giftige slang, dan krijg een serum met de antistoffen ingespoten. Omdat je lichaam dan niet genoeg tijd heeft om eigen antistoffen aan te maken.